Standaard JachthondenProeven
Definitie volgens Orweja:
Artikel II.1 Definitie
Een jachthondenproef is een samenstel van kunstmatige, op de jachtpraktijk gebaseerde proeven waaraan jachthonden, al dan niet in wedstrijdverband, ter beoordeling dan wel ter vergelijking van hun prestaties worden onderworpen.
Artikel II.2 Doelstelling
1. De jachthondenproeven hebben in eerste instantie tot doel een uitspraak te doen over de bruikbaarheid voor het werk ná het schot van de deelnemende honden.
2. Het uiteindelijke doel van de jachthondenproeven is de bevordering van de weidelijkheid ter jacht door stimulering van het gebruik van goed afgerichte honden in handen van voorjagers, die hondenwerk verstaan en waarderen.
Deelname is mogelijk voor alle honden die zijn ingeschreven bij de betreffende rasvereniging die erkend is door de Raad van Beheer en behoren tot de volgende rasgroepen:
Staande Honden
Spaniels
Retrievers
Terriers
Teckels
Een SJP bestaat uit in totaal 10 onderdelen, 3 gehoorzaamheidsproeven ( A, B, C ) en 7 gestandariseerde apporteerproeven ( D, E, F, G, H, I, J)
Voor het behalen van een C-diploma moeten 5 onderdelen met een voldoende worden afgerond
A - Aangelijnd en Los volgen
B - Uitsturen en komen op bevel
C - Houden van de aangewezen plaats
D - Apport te land
E - Apport uit diep water
Voor een B-diploma moeten onderdelen A t/m E plus F, G en H met een voldoenden worden afgerond.
F - Verloren apport te land
G - Markeer apport te land
H - Apport over diep water
En voor het A-dipoma komen daar nog bij:
I - Dirigeerproef te land
J - Apport van verre loper over breed water (sleep)
Beschrijving van de proef
Algemeen
Voldoende
Volmaakt